Belangrijke mededeling voor de spelers en scheidsrechters groot veld
SPELREGELWIJZIGINGEN 2019/’20
Er zijn nogal wat spelregelwijzigingen in het nieuwe seizoen. Ook worden er regels nader uitgelegd, zoals opzettelijk hands.
Om het overzichtelijk te houden beperken we ons hier tot de onderdelen waar wij in de praktijk mee te maken hebben. Op de website van de KNVB staan alle documenten met spelregels en spelregelwijzigingen, ook bijvoorbeeld over ondershirts en zaken i.v.m. de VAR.
Zie https://www.knvb.nl/assist/assist-bestuurders/wedstrijdzaken/spelregels.
GK en RK staan voor gele kaart en rode kaart.
Wisselspelers
Een speler die gewisseld wordt, moet het veld verlaten bij de dichtstbijzijnde doel- of zijlijn, tenzij de scheidsrechter andere aanwijzingen geeft. Zo worden lange wandelingen over het veld (en daarmee tijdverlies en tijdrekken) vermeden.
Gele en rode kaarten
- De scheidsrechter mag niet terugkomen op een beslissing m.b.t. een spelhervatting als het spel al is hervat, maar mag nog wel een GK/RK tonen voor een voorafgaand voorval.
- De scheidsrechter mag het tonen van een GK/RK uitstellen tot de volgende onderbreking als het niet overtredende team een vrije schop snel neemt waarbij een scoringskans ontstaat. Als de vrije schop werd gegeven voor het ontnemen van een scoringskans, dan wordt daarna niet de rode maar de gele kaart getoond, omdat immers alsnog een scoringskans is ontstaan.
- Aan teamofficials die zich schuldig maken aan onbehoorlijk gedrag mag een GK/RK getoond worden. Als niet duidelijk is wie de overtreder is, dan ontvangt de coach die op dat moment in de instructiezone als hoofdcoach optreedt de GK/RK.
- Een gele kaart vanwege een overtreding bij het vieren van een doelpunt blijft staan, zelfs als het doelpunt wordt afgekeurd.
- Geen GK/RK: als de keeper in het strafschopgebied de bal met de hand speelt na een inworp of een bewuste terugspeelbal door een ploeggenoot, dan wordt hem niet de GK/RK getoond, ook niet als hij daarmee een doelpunt voorkomt. Wel is het een indirecte vrije trap voor de tegenpartij
Strafschop
De doelverdediger moet ten minste een deel van één voet op de doellijn hebben bij het nemen van een strafschop; hij mag niet achter de lijn staan.
Strafschop na een blessurebehandeling
Als een strafschop wordt toegekend en degene die de strafschop gaat nemen geblesseerd is geraakt, mag deze op het veld behandeld worden en vervolgens op het veld blijven om de strafschop te nemen. In andere gevallen dient een speler, na een blessurebehandeling op het veld, het veld te verlaten tot het spel is hervat (behalve als de blessure het gevolg is van een overtreding waarvoor een tegenstander een GK/RK heeft gekregen).
De toss
Het team dat de toss wint mag ervoor kiezen de aftrap te nemen; in dat geval mag het andere team kiezen welke helft van het veld zij het eerst willen verdedigen.
De scheidsrechtersbal
- Voortaan laat bij een scheidsrechtersbal de scheidsrechter de bal vallen voor één van de spelers van het team dat de bal het laatst speelde voordat het spel werd onderbroken. Hij doet dit op de plaats waar de bal voor het laatst gespeeld werd. Alle andere spelers (van beide teams) moeten zich op minimaal 4 meter afstand bevinden. Als het spel werd onderbroken in het strafschopgebied gebeurt het laten vallen van de bal voor de doelverdediger. Op deze manier worden rommelige taferelen en onsportief gedrag bij een scheidsrechtersbal na een blessure voorkomen.
- De scheidsrechter is niet langer een ’dood element’, zoals een doelpaal of hoekvlag. Er wordt een scheidsrechtersbal gegeven als de bal de scheidsrechter (of een andere wedstrijdofficial) raakt en in het doel gaat, balbezit verandert of er een aanvallende beweging begint. In andere gevallen wordt gewoon doorgespeeld.
De bal met de hand of arm spelen
Er worden richtlijnen gegeven voor wanneer hands als opzettelijk wordt beschouwd en wanneer ‘niet-opzettelijk’ hands al dan niet bestraft moet worden.
Tot nu toe was alleen opzettelijk hands strafbaar. Voortaan is ook niet-opzettelijk hands strafbaar van een aanvaller die
- rechtstreeks vanaf de hand of arm scoort in het doel van de tegenstander, of
- balbezit of controle over de bal krijgt nadat deze zijn hand of arm heeft geraakt en die vervolgens scoort in het doel van de tegenpartij.
Het is verder een overtreding als een speler de bal opzettelijk raakt met zijn hand of arm, inclusief het bewegen van de hand of arm richting de bal.
Het is meestal een overtreding als een speler de bal met hand of arm raakt als:
- de hand of arm het lichaam op onnatuurlijke wijze groter maakt;
- de hand of arm boven schouderhoogte is (tenzij de speler de bal opzettelijk met een ander lichaamsdeel speelt die vervolgens – onopzettelijk – de hand of arm raakt).
Bovengenoemde overtredingen zijn zelfs van toepassing als de bal de hand of arm van een speler raakt wanneer deze rechtstreeks komt van het hoofd of lichaam (inclusief de voet) van een andere, dichtbij zijnde, speler.
Met uitzondering van bovenstaande overtredingen, is het meestal geen overtreding als de bal de hand of arm van een speler raakt:
- rechtstreeks vanaf het eigen hoofd of lichaam (inclusief de voet) van de speler;
- rechtstreeks vanaf het hoofd of lichaam (inclusief de voet) van een andere, dichtbij zijnde, speler;
- als de hand of arm dicht tegen het lichaam wordt gehouden en het lichaam niet op onnatuurlijke wijze groter maakt.
De bal met de hand of arm spelen door de doelverdediger
- Als, na een inworp of een bewuste terugspeelbal door een ploeggenoot, de doelverdediger de bal verkeerd trapt of probeert te trappen om deze in het spel te brengen, dan mag de doelverdediger de bal met zijn hand(en) of arm(en) spelen (ook als de bal intussen niet door een andere speler is aangeraakt).
- Een doelverdediger kan niet scoren door de bal in het doel van de tegenpartij de gooien.
Vrije schop
- Als een indirecte vrije schop is genomen, mag een scheidsrechter het tonen van het gebaar van de indirecte vrije schop stoppen, als duidelijk is dat er niet direct een doelpunt gescoord kan worden (bijv. vanuit de meeste indirecte vrije schoppen vanwege buitenspel).
- Bij vrije schoppen voor de verdedigende partij in het eigen strafschopgebied geldt dat de bal in het spel is als deze is getrapt en duidelijk beweegt; de bal hoeft het strafschopgebied niet te verlaten. Tot nu toe was de bal pas in het spel als deze het strafschopgebied had verlaten. Het is nog steeds wel zo dat een aanvaller het strafschopgebied pas mag betreden nadat de vrije schop is genomen (en ten minste 9,15 meter afstand van de bal moet houden). Als een tegenstander die zich in het strafschopgebied bevindt de bal raakt of probeert deze te spelen, voordat de bal in het spel is, wordt de vrije schop overgenomen.
- Alle verbale overtredingen worden bestraft met een indirecte vrije schop.
- Alle fysieke overtredingen binnen het speelveld als de bal in het spel is worden bestraft met een directe vrije schop.
De regels bij overtredingen binnen en buiten het veld tegen tegenstanders, medespelers, officials en toeschouwers zijn te ingewikkeld om in het kort weer te geven. Geïnteresseerden worden naar de KNVB-website verwezen.
Muurtje
Bij een ‘muurtje’ door de verdedigende partij van tenminste 3 spelers, moeten alle aanvallers zich op ten minste 1 meter van het ‘muurtje’ bevinden; indirecte vrije schop als ze een overtreding maken.
Inworp
Tegenstanders moeten ten minste 2m afstand houden van het punt op de zijlijn waar een inworp wordt genomen, zelfs als de inwerper zich achter de lijn bevindt.
Doelschop
Bij doelschoppen geldt dat de bal in het spel is als deze is getrapt en duidelijk beweegt; de bal hoeft het strafschopgebied niet te verlaten.
Tot nu toe was de bal pas in het spel als deze het strafschopgebied had verlaten. Het is nog steeds wel zo dat een aanvaller het strafschopgebied pas mag betreden nadat de doelschop is genomen. Als een tegenstander die zich in het strafschopgebied bevindt de bal raakt of probeert deze te spelen, voordat de bal in het spel is, wordt de doelschop overgenomen.
Uit een doelschop of vrije schop in het eigen strafschopgebied de bal terugspelen in handen van de keeper
Zoals bekend mag de keeper de bal uit een terugspeelbal niet in zijn handen pakken als die door een medespeler met de voet bewust naar hem toe wordt gespeeld. Als de keeper of een speler bij het nemen van een doelschop of vrije schop in het eigen strafschopgebied de bal opwipt, kan daardoor een medespeler de mogelijkheid krijgen de bal met bijvoorbeeld het hoofd of de borst naar de keeper spelen. Die zou dan de bal mogen oppakken en vervolgens uitschieten of-gooien.
In de spelregels staat niet dat dit niet mag, maar de spelregelcommissie van de FIFA heeft inmiddels besloten dat dit slimmigheidje niet is toegestaan. Hoe hieraan precies vorm wordt gegeven is nog niet bekendgemaakt. De KNVB heeft toegezegd hier voor het begin van de eerste bekerronde duidelijkheid over te zullen geven. Voor zover valt na te gaan is in het betaalde voetbal al bekend dat dit niet mag en zal als het toch gebeurt vooralsnog de doelschop of vrije schop worden overgenomen.